- Details
- Gepubliceerd: 24 januari 2019
In de Twentse Courant Tubantia:
ALMELO - Sommige deelnemers haalden natte voeten, maar uiteindelijk werd de IJsbaan Almelo grotendeels sneeuwvrij gemaakt. De vraag of de baan open kan, werd nog niet beantwoord.
De oproep op sociale media en op de website van De Twentsche Courant Tubantia, bracht gistermiddag tientallen mensen op de been. Allemaal waren ze bereid zich flink in te spannen om de sneeuwlaag op de natuurijsbaan aan de Sluiskade Zuidzijde 195 te verwijderen. Jong en oud deden mee, van Lucas (11) die het werken met de sneeuwschuivers wel leuk leek tot oma Annemarie Perik die graag met haar klein-kinderen wil gaan schaatsen.
Opkomst
Aan het begin van een middagje sneeuwschuiven, was de stemming nog enigszins bedrukt in de kantine. Niemand van de aanwezige bestuursleden van stichting IJsbaan Almelo rekende op een grote opkomst aan vrijwilligers. Het leek rond de klok van 14.00 uur bijna onmogelijk om de baan met schitterend uitzicht op de eiken aan de Gravenallee, schoon te vegen. Dat was een misvatting, want er druppelden steeds meer hulpvaardige Almeloërs binnen.
100 kilo
Voorzitter Henk-Jan Vissia van de stichting IJsbaan Almelo - een rol die hij had overgenomen van zijn vader Jan - serveerde koffie en gaf te kennen weldra aan de slag te gaan met een van de tien beschikbare sneeuwschuivers. De prachtige, nieuwe veegmachines bleven ongebruikt. Met ruim 100 kilo per stuk waren ze te zwaar om daarmee op een ijslaag van 4,5 tot ruim 5 centimeter te rijden.
Zweetplekken
De vrijwilligers begonnen met vegen nabij de kantine. Dat was bij nader inzien niet handig, want binnen de kortste keren zakten mensen door het ijs en ontstonden zogeheten zweetplekken’ Harry Gernaat van de IJsbaan Almelo: „De plekken ontstaan omdat de sneeuw als een isolatiedeken werkt. Het gaat daaronder als het ware broeien. Sneeuw is funest voor de aangroei en de kwaliteit van het ijs.”
Gernaat en ook anderen riepen aanvankelijk: ‘stop maar, dit wordt niks’. Vervolgens liepen de vrijwilligers over het dijkje naar een deel van de baan waar de ijslaag een stukje dikker was. Vijftien tot twintig mensen gingen verspreid over het ijs vegen. Dat verliep beduidend succesvoller. Een ovaal kreeg zienderogen vorm. De hoop nam weer toe, zou het morgen dan toch mogelijk zijn om de baan te openen?
Dolle Dries
In de kantine haalden beheerders Herman ten Bolscher en Henk van Coeverden ondertussen herinneringen op aan tijden dat de vorst soms wekenlang voor ijspret zorgde. „De baan van de toenmalige ijsclub Het Oosten werd toen ook gebruikt voor wedstrijden”, zei Ten Bolscher: „De legendarische marathonschaatser Dolle Dries van Wijhe deed nog mee. Of hij won, weet ik niet meer. Wel dat we de knip moesten trekken om hem naar Almelo te halen.”
Overbuurvrouw Annemarie Perik kwam binnen om haar hulp aan te bieden. „Ik hoop binnenkort met mijn kleinkinderen de ijsbaan op te kunnen”, vertelde ze. „Ik vind het belangrijk dat ze leren schaatsen. Dat hoort echt bij de opvoeding. Het is toch ook geweldig om te doen. Iedereen is vrolijk op de ijsbaan, je bent lekker buiten.”
Of de baan open gaat en wat dan de tijden zijn, wordt gepubliceerd op de website van de IJsbaan.